Onze methodiek
Om te komen tot een gerichte transformatie van het sociaal domein en specifiek voor jeugd hebben wij onze eigen methodiek ontwikkeld. Deze bestaat uit 4 treden waarmee we het hele domein inzichtelijk en overzichtelijk kunnen weergeven. Vanuit dat inzicht en overzicht kan je vervolgens gericht aan de slag én het effect van je inzet volgen.
Van opgaven naar gerichte inzet
De methodiek is ontwikkeld door Ilona Vink en gebaseerd op ruim 15 jaar ervaring in het sociaal domein en specifiek voor jeugd. Ilona: “Wat ik regelmatig tegenkom is onduidelijkheid over door wie waaraan wordt gewerkt en waarom. Hoe de inzet van de een zich verhoudt tot de inzet van de ander, etc. Tegelijkertijd komt er steeds meer aanbod bij én stijgt ook de vraag naar ondersteuning. Dus is er ook onduidelijkheid over wat de inzet oplevert. Die onduidelijkheid speelt vaak op alle niveaus, van uitvoering tot en met bestuur. Ondertussen neemt de vraag naar ondersteuning en zorg toe.”
Op basis van deze ervaringen ben ik gaan bouwen aan een methodiek die langzaam door de opdrachten heen is uitgegroeid tot een ’tredenstructuur’ bestaande uit 4 treden. Met deze methodiek kan je snel de behoeften, het aanbod, de overlap én de hiaten inzichtelijk en overzichtelijk maken. Vervolgens kan je op basis daarvan gericht aan de slag met de transformatieopgaven. Hierbij kan je naast de inhoud ook de organisatorische en randvoorwaardelijke elementen langs de treden uitwerken, zoals; wie werkt vanuit waar aan welke opgave? Hoe verhouden zij zich tot elkaar? Maar ook; Hoe zijn de financiën verdeelt en wat is beïnvloedbaar? Wat is er nodig in de monitor sociaal domein om je beweging te volgen? Welke communicatieactiviteiten horen bij welke trede en inzet? Kortom, we maken een volledig en helder beeld waarmee je gericht kan werken.
Inhoud van de 4 treden
De vier treden kennen een opbouw van ‘algemeen collectief’ naar specifieke ‘individuele’ inzet. Als volgt:
Trede 1: Hier gaat het over het ‘algemeen collectief’. Dat wil zeggen dat hier alle inwoners horen, met alle behoeften die zij hebben aan reguliere voorzieningen, zoals onderwijs, huisarts, sport, cultuur, vrije tijd, wonen, etc. Vanuit het aanbod gaat het over onderwijsvoorzieningen, buurtsportwerk, jongerenwerk, opbouwwerk, consultatiebureau, etc. Dit zijn dus algemeen toegankelijke voorzieningen voor iedereen zonder dat er sprake is van een ondersteuningsvraag.
Trede 2: Hier gaat het over ‘algemeen selectief’. Daarmee bedoelen we bijv. groepsaanbod zoals weerbaarheidstraining of sociale vaardigheidstraining, of lichte individuele ondersteuning vanuit het wijkteam, opvoedondersteuning van de GGD, etc. Het is dus gericht op die groep inwoners waarbij iets meer nodig is dan dat er vanuit ‘reguliere’ voorzieningen in trede 1 wordt aangeboden.
Trede 3: Hier gaat het over ‘indicatievrije ondersteuning’. Daarmee richten we ons op inwoners die een ondersteuningsvraag hebben waarbij tijdelijke individuele ondersteuning nodig is. Hier gaat het over het substituut voor je indicaties (ofwel beschikkingen). Een herkenbaar voorbeeld zijn de ‘stevige lokale teams’ die worden genoemd in de Hervormingsagenda Jeugd en waarmee alle gemeenten aan de slag moeten. Deze teams gaan indicatievrij, dichtbij inwoners, aan de slag met de ondersteuningsvraag.
Trede 4: Hier gaat het over zorg met een indicatie (ofwel beschikking). Voor die inwoners waarbij echt sprake is van een specifieke zorgvraag wordt zorg van een zorgaanbieder ingezet op basis van een indicatie. Dan gaat het bijv. over wmo hulpmiddelen, maar ook specialistische inzet op het gebied van jeugd.
Stappen van de methodiek
De methodiek bestaat uit een aantal stappen om te komen tot inzicht, overzicht, een gerichte inzet én het volgen hiervan. Als volgt:
- Inzicht in de behoefte; waar liggen de prioriteiten?
- Inzicht in het aanbod; waar zet je op in en waarom?
- Hoe passen behoefte en aanbod op elkaar? We maken een plaat van behoefte en aanbod, zodat we zien waar de overlap en hiaten zitten.
- Welke relevante trends en ontwikkelingen zien we in de omgeving die van invloed zijn op de behoefte en het aanbod?
- Op basis hiervan maken we een plan om de behoefte en het aanbod op elkaar aan te sluiten op alle niveaus van de tredenstructuur, zodat er een samenwerkend geheel ontstaat vanuit de inhoud. Hierbij is het inwonersperspectief leidend en maken we gebruik van o.a. neurowetenschappelijke inzichten.
- Vervolgens vertalen we dit naar alle randvoorwaardelijke en organisatorische elementen, zoals financiën, monitoring, communicatie maar ook de inzet van capaciteit, zowel intern als extern.
Wat levert dit op?
Een aanpak die aansluit bij de behoefte van inwoners, zowel op beleidsmatig niveau als op uitvoeringsniveau. We sluiten aan bij het inwonersperspectief en de werking van ons brein. Het geeft inzicht en overzicht in de behoefte en het aanbod, in waar het meer/minder/anders kan, het leidt tot inzicht en overzicht in de financiën, gerichte inzet van capaciteit, gerichte inzet van communicatie, gerichte inzet van monitoring waardoor op diverse niveaus gestuurd kan worden, en daarmee tot een duurzaam resultaat voor zowel de inwoners als voor de gemeente en haar partners.
Wat vraagt dit?
Lef en doorzettingsvermogen. Lef om het écht anders te doen en vanuit de inwoner te kijken naar de dingen die je doet. Doorzettingsvermogen omdat dit tijd vraagt om goed te implementeren. Het plan maken is niet heel ingewikkeld, maar omdat het gaat over complexe (verander)opgaven vraagt dit doorzettingsvermogen in de uitvoering.
De tredenstructuur is ontwikkeld op basis van ruim 15 jaar ervaring in het sociaal domein en specifiek op het gebied van jeugdbeleid. Hiermee maken we een complex domein inzichtelijk, overzichtelijk en zoveel als mogelijk stuurbaar.
Wil je meer weten over wat we voor jullie kunnen betekenen? Neem dan contact met ons op.
Neem vrijblijvend contact met ons op
"*" geeft vereiste velden aan